Terugplaatsing van jonge steenuilen

Donderdag 29 juni hebben Marius en Cor Oskam drie steenuiltjes opgehaald bij “Vogelklas Karel Schot” in Rotterdam. Cor heeft ze daar geringd.

Twee uiltjes kwamen uit een nest waarvan het vrouwtje was doodgereden, helaas kon het mannetje niet goed genoeg voor zijn jongen zorgen. Het derde uiltje kwam uit de Hoeksche Waard, waar het was aangevallen door een kat.

Bij de Vogelklas zijn ze opgevangen en goed verzorgd. De drie uiltjes zijn nu uitgezet in de Krimpenerwaard.

foto: Marius

Uilenwerkgroep zoekt versterking

Ben je ook nieuwsgierig naar het verborgen leven van de uilen in de Krimpenerwaard? Wil je ook bijdragen aan het maken van nestgelegenheid voor de uilen en aan kennis over hun wel en wee? Hier is je kans!

De Uilenwerkgroep van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard zoekt versterking. We hangen nestkasten op voor de steenuil en kerkuil en controleren die tijdens de broedtijd en ringen de jongen. We hebben de Krimpenerwaard verdeeld onder een aantal teams. De teams die de gebieden rond Gouderak, Ouderkerk a/d IJssel en Berkenwoude bezoeken hebben versterking nodig. Kennis van uilen is niet noodzakelijk.

Meld je aan! Het is leuk en dankbaar werk. Uilen zijn fascinerende vogels. Als je vragen hebt, of interesse om mee te doen, stuur dan een mail naar uilenwerkgroep@nvwk.nl. We bellen je dan terug.

In de link vind je een filmpje hoe het ringen door ons plaatsvindt: https://youtu.be/z95LSV7B8NY​.

Foto header: jonge kerkuil door Maria Kuijf

RTV Krimpenerwaard over kerkuilen ringen

Op een aantal plaatsen in de Krimpenerwaard bevinden zich nestkasten voor kerkuilen. Leden van de Natuur -en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard gingen samen met RTV Krimpenerwaard op pad om de jonge kerkuilen te ringen. Dit ringen is nodig voor onderzoek. Het levert informatie op over de verspreiding van uilen, de leeftijd, het leefgebied en de herkomst. Om de rust van de uilen te waarborgen, wordt geen ruchtbaarheid gegeven waar deze kasten zich bevinden.

Via deze link is het mooie filmpje te bekijken waarin Cor op duidelijke wijze uitlegt waarom en op welke wijze er geringd wordt. (Sorry voor de reclame, je kunt voor overslaan kiezen)

Muizenruiters gebouwd op NL-doet

Op zaterdag 12 maart zijn op vijf locaties muizenruiters gezet in het kader van NLdoet. Het bouwen van zo’n ruiter gebeurde met 3 à 4 personen in een paar uur. 
De muizenruiters zijn geplaats op boerderij P. Spruijt in Vlist, in het Vaartland helemaal achteraan op een boomgaard, op een perceel te bereiken via de Tiendweg bij Krimpen aan de Lek, op de Koolwijkseweg te Stolwijk en op boerderij Het Paradijs in Haastrecht.

De muizenruiters blijven tenminste een paar jaar staan om te kunnen beoordelen of ze worden gebruikt voor onze doelen. Gedurende het broedseizoen vullen de weidewachters of leden van de uilenwerkgroep, die lopen in het gebied waar de ruiter staat, regelmatig wat graan aan door de vulbuis (trechter met brede tuit mee), om muizen te blijven aantrekken. Dit graan valt op de grond, dus niet heel veel tegelijk om te voorkomen dat het wegrot. Het graan op de grond en zal ook grondbewonende woelmuizen aantrekken, die op hun weg naar de ruiter kwetsbaar zijn voor predatoren. Het hooi binnenin de ruiter blijft droog als het regent, andere muizensoorten zullen dan ook graag zo’n muizenruiter als woning kiezen. Muizen eten zowel van de droge zaden en knoppen in het kruidenrijke hooi, als van het graan. Ná het broedseizoen stoppen we met bijvullen, om te voorkomen dat predatoren onnodig in aantal toenemen. Het hooi zal langzaam inklinken. Half februari 2023, voordat het volgende broedseizoen start, vullen we kruidenrijk maaisel uit 2022 (van onze Idylles) en opnieuw graan aan, zodat er al een nieuwe muizengeneratie is als de weidevogel- en steenuilkuikens worden geboren.

Alles over muizenruiters kunt u lezen in onderstaand artikel wat ook verschenen is in de Waardvogel van februari 2022.

Foto header: Vogelbescherming Nederland

Uilen ringen en moeilijke woorden leren met groep 6 van basisschool Het Mozaiek

De kinderen van groep 6 van basisschool het Mozaïek uit Krimpen aan den IJssel kregen op dinsdagmorgen 6 juli een les over uilen en over waarom het belangrijk is dat ze geringd worden. Ook de NVWK zelf werd hierbij, als vereniging, kort belicht. Op veel vragen wisten de kinderen een antwoord, maar op de vraag wat biometriegegevens zijn en wat dispersie is, hadden ze geen antwoord. De meester en de stagiair van ‘uilenmeneer’ Stefan overigens ook niet…

In een uur kregen de leerlingen een stoomcursus krimpenerwaarduilen. Bosuil, ransuil, kerkuil en steenuil kwamen voorbij, aangevuld met de velduil en de oehoe die niet in de krimpenerwaard broeden. Verschillen in oogkleur, braakballen, geluiden; het passeerden allemaal de revue. Ze leerden ook dat het ook dit jaar best wel goed gaat met de kerkuil en dat het juist helemaal niet goed gaat met de steenuil. Van de laatste twee stond een opgezet exemplaar in de klas die door veel kinderen goed werden bekeken. Het doel van de les was om de klas goed voor te bereiden op een ringsessie. Het ringen zelf kan daarmee zo kort mogelijk duren (de kinderen weten wat er gaat gebeuren); dit in verband met het welzijn van de dieren.

Later op de dag ging de helft van de klas naar een adres in Berkenwoude en de andere helft naar Stolwijk. Op beide adressen zaten er vier kerkuiljongen in de uilenkast, die voorzichtig door medewerkers uilenwerkgroep naar beneden werden gehaald. De jongen werden voorzien van een ring. Alle kinderen hadden de opdracht gekregen om aan de hand van de vleugellengte te bepalen hoe oud de jongen waren en of de jongen goed op gewicht zijn. Er zijn hiervoor standaard gegevens beschikbaar, die verkregen zijn bij jarenlang onderzoek naar kerkuilen. De ringer (Cor Oskam van vogelringstation Nebularia) mat de vleugels op waarna de kinderen volgens een tabel uitzochten hoe oud de jongen waren. De ringer vertelde onder andere dat door hem geringde uilen tot aan de Zwarte Zee werden teruggevonden. Een klein lesje topografie en de kinderen wisten waar dat helemaal was. 

Alle kinderen vonden de kuikens overigens mooi, de ringer vond ze echt lelijk. Nou ja; verschil moet er zijn. En wat zijn nu eigenlijk biometriegegevens? Dat is het gewicht, de vleugellengte en kop-snavellengte van een uil; kortom: lichaamskenmerken. Dispersie betekent verspreiding, specifiek van jongen die een eigen gebied op (moeten) gaan zoeken. Weer wat geleerd!  

Tekst en foto: Uilenwerkgroep NVWK

Oproep melden jonge ransuilen in de Krimpenerwaard

Ieder jaar zoekt de uilenwerkgroep van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard (NVWK) al fietsend de Krimpenerwaard af naar jonge ransuilen. Op deze manier krijgen ze een goed beeld van het aantal (broedgevallen) ransuilen in de Krimpenerwaard en hoe het met deze mooie vogels gaat. Helpt u mee? Hoort of ziet u (jonge) ransuilen in de Krimpenerwaard, dan kunt u dit doorgeven aan de uilenwerkgroep van de NVWK.

Ransuilen komen in de Krimpenerwaard in een groot scala aan gebieden voor, variërend van agrarisch gebied tot open bos, bosranden en parken. Maar ook in bebouwingslinten en dorp (randen) komen ze voor. Zolang er maar een open terrein met veel muizen om te jagen in de buurt is. Broeden doen ze meestal in oude kraaien- of eksternesten.

De jonge ransuilen verlaten al snel het nest en omdat ze dan nog niet goed kunnen vliegen, klimmen ze door de naburige boomtakken. Vanaf eind juni tot en met augustus is na zonsondergang de bedelroep van de jonge ransuilen goed te horen. Zodra het donker wordt beginnen de jonge uilen naar hun ouders te roepen om voedsel. Dit geluid wordt wel vergeleken met piepende schommels. Wilt u weten hoe dit klinkt?

Er zijn diverse filmpjes op Youtube te vinden, zoals https://www.youtube.com/watch?v=oMet0XiKUH

Locaties worden niet openbaar gemaakt om verstoring van de uilen (maar ook van de omwonenden) te voorkomen. 

Voor meldingen van (jonge) ransuilen in de Krimpenerwaard kunt u ons bereiken via uilenwerkgroep@nvwk.nl of 06-1156 8298

Melding gevraagd van roestplaatsen van ransuilen

De uilenwerkgroep van de NVWK vraagt hulp bij de zoektocht naar roestplaatsen van ransuilen. De ransuil is de enige uilensoort in Nederland die tijdens de wintermaanden graag in groepen verblijft, op een zogenaamde roestplaats.  Dit gezamenlijk roesten heeft als voordeel dat ze minder vatbaar zijn voor eventuele gevaren. Ook heeft een roestplaats een grote sociale functie: menig jonge uil vindt hier een partner. Een roestplaats kan overal zijn, maar er lijkt een lichte voorkeur voor bebouwd gebied. Een dichte haag of een conifeer ergens in een achtertuin kan zomaar een roestplek opleveren. Aantallen variëren sterk van slechts een aantal tot soms wel over de 50.

Mocht er een dergelijke roestplek bij u in de buurt zijn of bij u bekend zijn, dan zouden wij dit graag vernemen. Het doel is om inzicht te krijgen in de aantallen ransuilen die de Krimpenerwaard aandoen gedurende de wintermaanden. Alle tips worden discreet behandeld, locaties worden niet openbaar gemaakt. Dit is om geen verstoring van de uilen te veroorzaken bij de roestplaatsen en om de privacy van de bewoners van het erf/omgeving te respecteren.

U kunt uw tips/locaties sturen naar uilenwerkgroep@nvwk.nl  Let wel, uitsluitend waarnemingen in de Krimpenerwaard aub.

Foto header; ransuil door Huig Bouter